Deze reeks heet ‘uit liefde voor de stad’. Aan de reacties erop merk ik, dat ik niet de enige ben die van deze stad houdt. Mijn stad, Tilburg, wordt dan onze stad. Vandaag ervoer ik dat opnieuw door naar een lezing in Museum De Pont te gaan. Het ging over de vraag of en hoe de kunst stilte in ons kan teweeg brengen. Dankzij Rebecca Nelemans en haar publiek kwam er een antwoord. Voor mij persoonlijk kreeg het antwoord diepte door iets onverwachts. Mooie dingen zijn altijd onverwacht.
Wat is stilte? De stilte is niets. Of weinig. De stad en het leven erin is het tegenovergestelde: veel. In de stadsmens en in zijn hersenen is er meestal zo veel, dat ‘het niets’ erg schaars is. Grote kunst kan het lawaai in ons moeiteloos tot stilte manen. De kunst kan dat zowel door heel veel te zijn (De Schreeuw van Edvard Munch) of juist door niets te zijn (de rusten in de Mattheus Passie). We zijn zo gewend aan ‘veel’ dat het ‘niets’ ons aanvankelijk angst kan inboezemen. Wie deze angst overwint wordt beloond en vindt zichzelf.
Niet alleen grote schilders, componisten en dichters verstaan deze kunst, ook architecten. De poortjes (‘follies’) die het plein van De Pont en de drukke straat er voor zowel gaan scheiden als verbinden zijn bijna klaar, zag ik bij mijn aankomst en vertrek. Wat ik ook zag: er ontstaat een prachtig ‘niets’, het plein. Een oase van visuele stilte in een stad en in een land waar meestal alles veel en vol schijnt te moeten zijn (pleinvrees). Door de poortjes wordt het plein kunst. Het is een geschenk van de stad aan de stad. Uit liefde.
2015