Een winterdag in een winter die geen winter lijkt te mogen worden. Voor me uit gaat een vrouw. Niet naar de Filistijnen, want zo heette dat café op de hoek toen ik er nog wel eens kwam. Je mocht er nog roken. Lange bomen die later ook niet meer mochten bevestigden de nieuwe naam: Langeboom. Ze zijn nu weg, die lange bomen, maar het café heet nog zo. Aan de overkant – in moderne vierkante potten – zijn twee verdwaalde mediterranen neergestreken, bomen die makkelijk kort te houden zijn. Zij mogen wél en ze lijken te vragen: ‘wat doen we hier?’. Ze hebben in elk geval elkaar nog. En hun Breitneriaanse spiegelbeelden in de natte straat. Terwijl de vrouw uit het zicht raakt, vouw ik mijn paraplu dicht en ga ik even schuilen bij Langeboom.
2015